Fotografie: Martin Hogeboom
Gisteren was ik op bezoek in de gevangenis. Geloof me, er zijn dagen dat ik deze woorden niet uitspreek, opschrijf of zelfs maar bedenk. Dus was het best een bijzondere dag.
Nu is het niet zo dat mijn familie of vrienden het criminele pad zijn ingeslagen. Mijn bezoek aan de gevangenis had een geheel andere reden. We zijn druk bezig met een boek over tramlijn 4 in Rotterdam. De tram komt langs het Oude Gerechtsgebouw en de voormalige gevangenis aan de Noordsingel, dus dit complex mag in het boek niet ontbreken. Menig passagier van deze tramlijn vroeg zich bij het passeren van het gebouw ongetwijfeld af wat zich achter die hoge muren afspeelde.
Dus spraken wij met de projectontwikkelaar van dit complex, nu genaamd de Tuin van Noord. Zij zijn bezig dit gebied om te vormen tot een plek waar wonen, wandelen, werken, horeca en zorg gecombineerd worden. Zo wordt deze unieke plek zo mogelijk nog unieker én openbaar. De mooie slogan ‘Beleef de historie, proef de vrijheid’ slaat daarmee wat mij betreft precies de spijker op de kop.
Ons bezoek begint bij het Oude Gerechtsgebouw. Al direct bij binnenkomst word ik overvallen door de allure van dit gebouw. Er is niet veel fantasie voor nodig om advocaten voor me te zien die, gekleed in hun zwarte toga, met ferme tred hun weg vinden door de lange gangen, schoorvoetend gevolgd door hun al dan niet schuldige cliënten.
Via de voormalige villa van de gevangenisdirecteur vervolgen we onze weg naar de gevangenis. Leuk detail: pas recent werden ondergrondse gangen ontdekt die vanuit deze villa naar de gevangenis toe lopen. Deze gangen komen namelijk op geen enkele tekening voor.
Bij de eerste deur die geopend wordt, kan ik een kreet van verbazing niet onderdrukken. Achter de ijzeren deur is een schitterend aangelegde tuin zichtbaar. Met roze bloesembomen, bijzondere mozaïektegels, idyllische bankjes en zelfs een kleine fontein. De tuin van de vrouwenafdeling. Zeker op deze zonnige dag lijkt het bijna geen straf, maar de hoge hekwerken achter de bomen doen anders vermoeden. De luchtplaats van de mannenafdeling blijkt overigens een stuk minder romantisch. Ook hier veel groen en ‘gezellige’ picknickbanken, helaas geeft het urinoir in de hoek toch te denken…
Uiteindelijk komen we bij de gevangenis zelf. Lange gangen, hoge trappen, grauwe muren, geelgekleurde reling, smalle gangpaden, blauwe celdeuren. Waarschijnlijk heb ik iets te veel Amerikaanse gevangenisfilms gezien, maar ook nu kost het me geen enkele moeite me voor te stellen hoe het eruit zag toen de gevangenis nog in gebruik was. Mannen, hangend over de reling, pratend met elkaar. Of starend in de verte, denkend aan thuis.
Nieuwsgierig stap ik een van de cellen in. Gewoon om te voelen hoe dat nou is. De deur achter me sluit en direct overvalt me een benauwd gevoel. Op dat moment realiseer ik me dat de ramen in de cel van melkglas zijn. Geen enkele glimp van buiten om binnen op te vangen. Kippenvel krijg ik er van. Opeens realiseer ik me hoe het moet zijn als je opgesloten zit en geen controle meer over je doen en laten hebt. En dan niet voor even, maar voor veel langer. Natuurlijk gaat de deur van mijn cel even later weer open en vervolgen wij onze weg door deze bijzondere locatie. Bij elke stap die ik verder zet voel ik: dit is een plek met een bewogen verleden maar met een mooie toekomst
Geen opmerkingen:
Een reactie posten